Preventie bij jongeren met een verhoogd risico noemen we selectieve preventie. Bij die jeugdigen wil je verdere ontwikkeling van problematisch middelengebruik voorkomen.

Preventie bij jongeren die wel klachten of symptomen hebben maar niet voldoen aan de diagnostische criteria voor een stoornis, noemen we geïndiceerde preventie. Dit is in feite vroeginterventie.

Preventie van middelengebruik bij jongeren kan vorm krijgen door beleid (denk aan regels rond gebruik) en door vroegsignalering (met daarop volgend geïndiceerde preventie). Op individueel niveau moet selectieve en geïndiceerde preventie kennis, verwachtingen, houdingen, intenties, motivatie en vaardigheden veranderen, zodat jongeren gemotiveerd en in staat zijn van middelengebruik af te zien of hun middelengebruik te minderen.